Trainen in de kleine ruimte maakt spelers beter.
Als je spelers gewend zijn om trainen in een bepaalde ruimte, en het veld wordt opeens kleiner gemaakt, dan moeten zij zich daarop aanpassen. Dat is een aardige uitdaging.
Het betekent dat je niet altijd andere dingen hoeft te gaan doen wanneer je ziet dat de groep zich goed ontwikkelt. Je kan blijven werken met het positiespel en het partijspel. Door deze steeds wat kleiner te maken wordt dezelfde oefenvorm een stukje lastiger uit te voeren.
Johan Cruijff trainde het liefst in kleine ruimtes met veel spelers. Volgens Cruijff moeten spelers in een kleine ruimte meer rekening houden met de snelheid van de bal. Het komt neer op maximaal twee keer raken, en een focus op het sneller handelen aan de bal.
Partijvormen
“Door te trainen in een kleine ruimte spelen we beter in grote ruimtes”, zo dacht de legende.
Elke handeling moet in een kleine ruimte beter zijn. Zoals Cruijff zegt, de passing moet harder en nauwkeurig zijn. Doen spelers dat niet, dan zal het vaker leiden tot balverlies. Vanwege de kleine ruimte zitten spelers automatisch korter op elkaar. Hetzelfde geldt voor je balaanname.
In een grotere ruimte kan je wegkomen met een slechte aanname als je tegenstander verder van je af staat. Dan kan omdat deze moet knijpen. In een kleine ruimte heb je niet de luxe om een slechte controle goed te maken. Zelfs als dat lukt, word je onder druk gezet bij je volgende handeling.
Er is voor mij geen betere oefenvorm dan een partij. Het is een reden waarom ik de werkwijze van Cruijff wou uitlichten. Naast de verschillende varianten die er binnen de partijvorm zijn kan je als trainer spelen met de ruimte. Door dat te doen groeit de oefenvorm mee met de groep.
Voor gevorderden
Wie voor een groep staat moet trainingen in elkaar zetten die op de groep zijn afgestemd. Een groep te vroeg dingen vragen die zij niet kunnen werkt ontmoedigend. Zij zullen zich op die manier niet ontwikkelen. Het betekent niet dat je niets van de groep mag vragen.
De inzet moet goed zijn, maar de oefenvormen moeten passen bij het niveau van de groep. Dat betekent werken in grotere ruimtes, op een lager tempo. Werk je met beginners, dan moeten zij eerst de oefeningen leren kennen. Daarna moeten zij deze (technisch) goed leren uitvoeren.
Als dat lukt, kan het tempo omhoog. Pas daarna is de groep eventueel klaar voor het uitvoeren van oefenvormen in kleinere ruimtes. Je kan als trainer een planning maken, waarbij je rekening houdt met een bepaalde vooruitgang.
Daarna hoef je niet andere oefeningen te doen, maar is het aanpassen ervan dus voldoende. Begin met een minimale verkleining van de ruimte, en ga steeds een stapje verder. Doe ook hier niet te snel te veel. Dat werkt meestal niet goed.
Lees Hier Meer:
Trainer, gaan we nog partijen?
Geschreven door: Freddy Gomes, oud-voetballer op niveau en oud-trainer van een vriendenteam. Ik speelde 7 jaar voor Excelsior Rotterdam. Vanaf de C-jeugd (O14) tot aan het tweede elftal. Later speelde ik een aantal seizoenen in de Hoofdklasse. Als trainer werd ik kampioen met mijn vriendenteam in de Reserve 5e Klasse Zaterdag. Ik was tevens de keeper van dat team.
