De positie van schaduwspits is kort achter de spitsen, traditioneel in een 4-3-3 systeem (of 3-4-3) als nummer 10. Van de schaduwspits wordt onder andere verwacht dat deze loopacties maakt in de diepte, wanneer de spits ruimte maakt door in de bal te komen en aanspeelbaar te zijn.
Vanaf de zijkant worden de buitenspelers in een 4-3-3 regelmatig aan het werk worden gezet. Zij hebben de taak om de achterlijn te halen. De schaduwspits moet samen met de spits zorgen voor bezetting voor de goal. Door te kruisen in de 16, kunnen zij samen de centrale verdedigers van zich afschudden.
Samenwerking
De schaduwspits kan worden gezien als een hele aanvallende middenvelder. Deze kan de rol op die wijze uitvoeren vanwege de aanwezigheid van twee controlerende middenvelders. In het geval van een 3-4-3 spelen er zelfs 3 middenvelders achter een schaduwspits, die daarom lekker kan aanvallen.
In teams die graag willen voetballen, zien we spitsen opgesteld die daarin passen. Technisch sterke spelers, die balvast zijn. Vanwege het positiespel, komen deze spitsen veelal in de bal. Dit zorgt voor kansen in de diepte vanuit het middenveld.
Het is geen toeval dat de schaduwspitsen bij Ajax vaak meer scoorden dan de nummer 9. Zowel Bergkamp als Jari Litmanen, zijn vervanger, scoorden aan de lopende band op die positie. Dit kwam onder meer omdat spitsen als Petterson en Kluivert heel slim de ruimtes wisten te creëren.
Jaren later had ook Feyenoord een ijzersterk duo met John Dal Tomasson en Pierre van Hooijdonk. Het leverde de club de Uefa Cup op. Tomasson was net wat meer een aanvallende middenvelder dan een schaduwspits. Hij kon makkelijk grote ruimtes belopen, en was heel lastig te verdedigen.
Tactisch
Hoe ziet dat eruit in de praktijk? Stel, het team heeft balbezit aan de rechterkant van het veld. De meeste spelers zullen zich aan die kant bevinden. Zo moet de spits overkomen om aanspeelbaar te zijn. De rechtsbuiten staat aan de zijlijn, en trekt hierdoor de linksback van de tegenpartij naar zich toe.
Het centrale duo houdt zich bezig met de bewegingen van de spits én de rechtsbuiten. De linksbuiten staat zo breed mogelijk, waardoor deze de rechtsback laat twijfelen. Verder knijpen naar binnen of toch rekening houden met een pass naar de linksbuiten?
Vanwege de aanwezigheid van twee of zelfs drie andere middenvelders, is het niet nodig dat de schaduwspits zich ook nog eens komt aanbieden. Deze kan zich stiekem onttrekken aan de aandacht van de middenvelders van de tegenstander, om vervolgens te beginnen aan de loopacties.
De timing van die loopactie is heel belangrijk. Twee zaken moeten hier samenkomen. De ruimte moet er liggen om diep te gaan. Dat is zo wanneer het centrale duo bezig is met andere verdedigende acties, en de rechtsback de ruimte centraal te groot laat worden.
Daarnaast moet er een mogelijkheid zijn om de pass te ontvangen. Het maken van die loopactie heeft niet veel zin als er geen teamgenoot in staat is de pass te versturen. Is dat moment er wel, en staat de verdediging niet goed, dan is de kans groot dat de schaduwspits alleen op goal af kan gaan.
Lees Hier Meer:
De rol en taken van het middenveld
Geschreven door: Freddy Gomes