Na mijn carrière als speler nam ik een jaar pauze voor ik begon aan een nieuwe uitdaging.
Ik ging voetballen met een nieuw opgerichte vriendenteam. De uitdaging zat voor mij deze keer in de positie. Ik besloot te gaan keepen. Na het eerste seizoen, waarin we een trainer hadden en zelfs een assistent, ging ik mij steeds meer bemoeien met zaken binnen en buiten het veld.
Samen met de aanvoerder van het team fungeerden we meer en meer als trainer van het elftal. Dat beviel best goed, waarna ik in seizoen drie besloot officieel aan de slag te gaan als trainer van het team. Ondanks het feit dat het niveau niet al te hoog was, we kwamen uit in de Reserve 5e Klasse Zaterdag, heb ik er erg veel van kunnen leren.
De grootste les
Je bent als trainer veel tijd kwijt met zaken die niet technisch of tactisch zijn. Dit zal op een hoger niveau niet anders zijn. Sterker nog, ik ben ervan overtuigd dat het op een hoger niveau nog meer zo is. Het verschil is dan wel dat de trainer kan beschikken over goede, ervaren assistenten. Deze noemen we tegenwoordig ook veldtrainers.
Zo kan de hoofdtrainer meer tijd vrijmaken voor het managen van de groep. In Engeland worden trainers niet voor niets al heel lang managers genoemd. Werken met een groep van 20 tot 30 voetballers die allen wekelijks in de basis willen staan, mag niet worden onderschat.
In mijn geval had ik te maken met een groep van 16 spelers. Dit waren mijn beste vrienden. We waren elkaars beste vrienden. En toch ging vaak veel van mijn energie naar de regels rond de groep. Regels die moesten zorgen voor meer discipline. En dat moest zorgen voor de punten.
Naast die regels waren dingen als de sfeer binnen de groep en de visie voor het team belangrijk. Die laatste was waar alles mee verbonden was. De visie van het kampioenschap en een groep die in staat zou zijn het beste uit zichzelf te halen. Ik moest de volledige groep meekrijgen in die visie. De groep moest gaan geloven wat ik geloofde. Dat alles mogelijk is.
Het is het vertellen van een verhaal. Een verhaal van een groep jongens die eerder niet in staat waren om samen tot goede prestaties te komen. Het verhaal dat diezelfde groep kon veranderen, en kandidaat voor de titel kon worden. Ik denk dat er weinig trainers zijn die zichzelf zien als verhalenverteller, maar dat is wat goede trainers in werkelijkheid zijn.
Communicatie
In de Netflix docu Beckham vertelt oud topvoetballer David Beckham over de werkwijze van de legendarische trainer Alex Ferguson. Hij zorgt met zijn manier van spreken voor een bepaald gevoel bij de United spelers. Beckham beschrijft dit als “wij tegen de rest van de wereld”. Het motiveert het team en maakt ze hongerig naar prestaties.
Je hoeft niet de beste spreker te zijn of altijd de juiste woorden te gebruiken. Soms kunnen bepaalde acties of een manier van communiceren het geloof opwekken in spelers dat zij tot grote dingen in staat zijn. Dit kan leiden tot vertrouwen in de trainer, en aan de basis staan van het vertrouwen onderling.
Toen de Portugese trainer Jorge Jesus door Flamengo werd aangesteld, riep hij zo vaak als mogelijk dat hij de Copa Libertadores wou winnen. Dat werd de meetlat voor alles wat de groep deed. Daar hadden spelers moeite mee. Het schreeuwen van Jesus op de training vonden ze niet leuk. Maar het werkte, want iedereen droomde van het winnen van de Copa Libertadores.
Dankzij dat ene grote doel ging ik het niveau omhoog. De ploeg begon punten te pakken en ging daardoor in zichzelf geloven. Dat geloof zorgde voor vertrouwen in de aanpak van Jesus die nog strenger voor de groep kon worden. Iets wat we ook zien in de aanpak van Ferguson bij United. Het verhaal van Jesus bracht Flamengo in één seizoen de Copa Libertadores en het kampioenschap!
Goede communicatieve vaardigheden helpen een trainer de band met de groep te verbeteren. Wanneer er geen connectie is tussen de trainer en (een deel van) de groep zal dit vroeg of laat problemen opleveren. Ik denk dat dit vaak wordt onderschat door trainers. Het probleem wordt dan vooral zichtbaar wanneer een trainer van de jeugdopleiding naar de senioren gaat.
In ons vriendenteam nam ik tijd voor gesprekken met spelers. Dit waren vaak ook korte momenten, waarin we even één op één konden spreken. Vroeg ik of ze iets met mij wilden bespreken. Stelde ik vragen. Ben je tevreden over hoe we spelen, en jouw rol daarin? Wat zou je graag anders willen zien, en waarom?
Er was altijd het besef bij mij dat de groep, ondanks onze sterke band als vrienden, het vertrouwen in mij kwijt zou kunnen raken. En dat moest ik ten alle tijden zien te voorkomen. Want dan zou het over zijn. Ik zou dan niet meer voor de groep kunnen staan.
Slagen
Wanneer ik terug denk aan mijn tijd als trainer, zie ik dat we een visie hadden. Die kwam in dit geval zeker niet van mij alleen. De groep had kampioen worden vanaf seizoen 1 als doel gesteld. Die visie dwong ons na te gaan denken over hoe we dat zouden gaan bereiken. Na twee zeer teleurstellende seizoenen moesten we weer in die visie gaan geloven.
Daar hadden we een goed verhaal voor nodig. Een verhaal waar de spelers achter zouden kunnen staan. Een verhaal waar de spelers zichzelf in de hoofdrol konden zien. Binnen het verhaal van onze visie vertelde ik tientallen andere verhalen die hieraan gelinkt waren. Mijn wedstrijdbesprekingen begonnen meestal met een verhaal.
Als laatste onderdeel was er het vertrouwen van de groep in mij. Als vriend, als keeper, maar vooral als trainer. Vanwege onze bestaande relatie, en mijn reputatie als oud-voetballer had ik vanaf het begin het vertrouwen van de groep. Dit zal lang niet altijd het geval zijn. Het was daarna aan mij om dat vertrouwen alleen maar te doen toenemen.
Wil jij slagen als trainer bij de senioren, dan moet je beseffen dat technische en tactische zaken maar voor een deel je toekomst bepalen. De beste trainers hebben de visie, het verhaal en vertrouwen met elkaar gemeen.
Lees Hier Meer: