“Een voorzet van hem was bijna net zoveel waard als een doelpunt”. – Peter Schmeichel
Spitsen als Dwight Yorke, Andy Cole en Ruud van Nistelrooij hebben vele tientallen goals te danken aan de voorzetten van David Beckham. Waarschijnlijk de speler met de beste voorzet die we ooit hebben gezien. Het is zeker geen toeval dat United vele successen vierde in zijn tijd als speler.
De kritiek op het spel van Beckham was, onder andere, dat hij niet in staat was tot het passeren van een tegenstander. Dit terwijl hij maar een heel klein beetje ruimte nodig had voor de mooie krul om de tegenstander heen, weg van de keeper. Deze voorzetten waren perfect voor een spits om tegenaan te lopen.
De voormalige nummer 7 van Man U was dan ook geen rechtsbuiten. Het passeren van tegenstanders was niet zijn taak. In zijn rol als buitenste middenvelder in de 4-4-2 moest hij af en toe in de ruimte komen waar hij zo goed tot zijn recht kwam. Niet voor de dribbel, maar voor de voorzet.
In Nederland was iemand als Andy van der Meyde een echte rechtsbuiten. En specialist als het ging om een geweldige voorzet. Van der Meyde was dan ook opgeleid in het klassieke Ajax systeem en met de bijbehorende filosofie. Op het EK van 2004 in Portugal gaf hij een schitterende voorzet op Van Nistelrooij, die scoorde tegen Duitsland.
Van der Meyde leek met zijn manier van voetballen op Luis Figo, een andere speler met een geweldige voorzet. In Nederland zagen we later met Yildirim (Heerenveen) een andere specialist aan het werk. Hij had niet alleen een hele gevaarlijke voorzet in huis, maar ook nog eens een heerlijke vrije tap.
Waarom
De ruimte die je aan de zijkant van het veld treft, is er in het centrum meestal niet. Daar worden de ruimtes klein gehouden. Aan de zijkant kan je profiteren van de ruimte, én van het feit dat het voor verdedigers erg lastig is om op een voorzet te verdedigen.
Vaak is te zien dat de verdedigers en middenvelders die in de eigen zestien proberen te verdedigen, richting de 5 meter lopen, of zelfs verder. Hier komt een bepaalde snelheid bij kijken om te tegenstanders te kunnen volgen. Het is dan ook niet gek dat onder meer de spitsen weten hoe zij gebruik moeten maken van deze situatie.
De spitsen en inlopende tegenstanders in de gaten houden terwijl deze vooracties maken en met elkaar kruisen, maakt het verdedigen in deze situaties moeilijk. Als verdediger moet je wel reageren op een vooractie van een tegenstander. Gaat deze naar de eerste paal, en je gaat niet mee, dan ben je te laat.
Hoewel een goal soms erg simpel lijkt, en het verdedigen niet al te best, gaat er veel aan vooraf. Je vraagt je soms af hoe een spits vrij kan staan in de 16 bij een voorzet. Daarnaast komen er verschillende patronen en automatismen bij kijken om voetballend in die ruimte te komen.
Een ploeg kan een tegenstander uit elkaar spelen door middel van een buitenspeler die van buiten naar binnen komt, en een back die erover heen gaat richting de achterlijn. Dankzij andere spelers in beweging die hiervoor, tijdens en erna de aandacht trekken, kan de voorzet die hierop volgt zorgen voor veel gevaar.